Op LinkedIn heb je veel mogelijkheden om jezelf in de kijker te zetten. De hamvraag: wat werkt nu eigenlijk het best? Wij zochten het voor jou uit.

Aanbevelingen

De aanbevelingsbrief lijkt iets uit een pre-internet tijdperk. Toch is het nog altijd een bijzonder krachtig instrument tijdens een sollicitatietraject. Voeg hem toe bij je sollicitatiebrief en cv op LinkedIn en je hebt een heel straffe aanbieding voor potentiële rekruteerders. Die aanbevelingsbrief moet trouwens niet per se van je baas zijn. Ook klanten waarmee je hebt samengewerkt kunnen zo’n aanbevelingsbrief voor jou maken. Heb je meerdere aanbevelingsbrieven? Nog beter. Die kan je dan allemaal netjes aan je LinkedIn-profiel toevoegen.

Directe aanbevelingen

Op LinkedIn kan je ook directe aanbevelingen krijgen. Endorsements heet dat dan. Rekruteerders zijn hier zeker niet ongevoelig voor. Een eerste indicator van je LinkedIn-profiel is het aantal connecties, alhoewel dat geen exclusieve indicator mag zijn. 500+ connecties staat mooi, maar is geen must. Zeker is dat de rekruteerder gaat neuzen in je endorsements-sectie op LinkedIn. Heb je veel aanbevelingen? Zijn het mensen die bekend zijn in het wereldje? Interessant detail: te veel endorsements werken vaak contraproductief. Hoe het ook zij, vestig niet al je hoop op die LinkedIn-aanbevelingen.

Top 3

Referenties zijn mensen die de rekruteerder, met jouw instemming en van diegene die jou wil bewieroken, mag contacteren met de vraag hoe jij in je vorige job(s) presteerde. Dat is uiteraard superdirect. Het moet niet gezegd dat een rekruteerder daarvoor erg gevoelig is. Meer nog dan LinkedIn-endorsements of aanbevelingsbrieven die je op je LinkedIn-muur plaatst. Onze top 3: eerst referenties om te contacteren, dan aanbevelingsbrieven en vervolgens LinkedIn-aanbevelingen. Akkoord?

Pascal Dewulf